Ik ben Jan en ik heb een coronadip. Ik weet niet of dat woord al bestaat, maar het klinkt wel mooi. Het is een soort emotie die je met niets anders kunt vergelijken. Een abrupt afscheid van wat allemaal ooit normaal was. Een gevoel van isolement, en van vervaging van alles wat je vroeger belangrijk vond. Ook in het nieuws hoor je over niets anders dan corona-corona-corona. Corona veroorzaakt een cultuurshock, als je het mij vraagt. Ik ken mezelf niet meer terug. Als ik kijk naar hoe mijn dag er nu uitziet, in vergelijking met niet meer dan een jaar geleden, schrik ik daar best wel van. Ik had er altijd de pest over in, dat ik om 7 uur mijn best uit moest. Nu mis ik mijn werk, zelfs dat stomme gebouw langs die verdomde snelweg. Maar vooral mijn collega’s. Gewoon even dat praatje op de gang, dat vertrouwde schouderklopje. Even gezellig dat lulpraatje bij het koffiezetapparaat. Nu kom ik om 9 uur uit de veren en weet al precies wat de dag weer gaat brengen. Helemaal niets. Verplicht thuiswerken. Voor een chaoot als mijzelf best lastig. Ik moet namelijk een stok achter de deur hebben, ik moet deadlines hebben, werkdruk ervaren, competitie voelen. Maar er is hier helemaal niemand, ik woon alleen. Op straat is het ook al zo stil. Mensen lopen schuw langs elkaar heen. Ik begrijp het best hoor, die anderhalve meter. Maar dat is het hem nou juist: ik wil het helemaal niet begrijpen. Want hoe meer ik mijn verlangens naar intimiteit onderdruk, hoe sterker ze worden. Tot op het punt dat ik aan niets anders meer kan denken. Ik kan me gewoon veel moeilijker concentreren dan vroeger. Ik denk dat daarom ook mijn verslavingen groter worden. Ik drink meer koffie dan vroeger, ik kijk meer porno. Het houdt me een beetje scherp zullen we maar zeggen. Rond een uur of 10 ’s morgens sleep ik me achter mijn bureau, zet de laptop aan, en ga maar weer werken. Nou ja, klooien zeg maar. Ik tel de uren af, en zie hoe buiten de blaadjes van de boom vallen, de regendruppels naar beneden vallen, en de pleinen zijn verlaten. Rond een uur of twee loop ik naar de Albert Heijn. Waar de schappen weer half leeg zijn. Een vrouw met een soort gek spraytje de winkelwagens nauwlettend staat schoon te poetsen. De kassieres achter schermen zitten, en de mensen panisch door de winkel lopen met mondkapjes op. Het is een surrealistische film, niet echt gezellig, ontdaan van elke emotie met alle die steriele schermen, en mondkappen die gezichten half bedekken. Toch ben ik blij dat ik even onder de mensen ben. Ik gooi maar weer wat rookworsten in mijn kar, en weg ben ik.
Teruggekomen in huis, moet ik nog van alles. Ik moet koken, de was doen, me opfrissen, het gezellig maken. Godsamme, zo vermoeiend. Koken was vroeger altijd iets sociaals. Ik nodigde dan vrienden uit, kennissen, de buren. Een leuke vrouw. Lekker muziekje erbij, kaarsjes aan, wijntje erbij. Nou, dat gaat natuurlijk niet zomaar meer. Hoe lang zou het allemaal nog duren ? Gedesillusioneerd plof ik neer op de bank. En word ik ineens overvallen door een gevoel van schuld. Want waar klaag ik eigenlijk over ? De ouderen in het verzorgingshuis, de mensen die mentaal in de war zijn. Die hebben het veel zwaarder dan ik. Dus moet ik me ook nog schuldig voelen.
Om vijf uur wordt ik gebeld. Het is Stefano, mijn Italiaanse vriend. Stefano werkte in een goed lopend Italiaans restaurant langs het water. Met een prachtig buitenterras. Allemaal echt op zijn Italiaans, weet je wel. Met van die mooie fresco’s aan de muur en wijnranken op het terras. Maar het restaurant moest vanwege corona zijn deuren sluiten. Nu werkt Stefano een gedeelte van de week in een verzorgingshuis. Het is best zwaar werk, zegt hij met zijn Italiaanse accent. Van pizza’s bakken, nu ineens de billen wassen van ouderen. Ik ben trots op je, zeg ik tegen hem, terwijl ik het oude achterwerk van mijn oma op mijn netvlies zie. Mijn oma, woonde vroeger bij ons in. En toen ze ging dementeren, deed ik hetzelfde als Stefano nu. Ik kan me dus wel indenken, wat dit voor hem betekent. Maar Stefano is niet somber. Het heeft zelfs zijn ogen geopend zegt hij. In het restaurant irriteerde hij zich vaak aan opdringerige klanten, aan decadente klanten, die soms heel denigrerende opmerkingen konden maken. Nu helpt hij mensen die het echt nodig hebben. Natuurlijk was er veel stress, maar het is het meer dan waard, zegt hij.
Na het gesprek met Stefano, gooi ik de rookworst in de pan en denk na over wat Stefano mij vertelde. Dan dringt ineens tot me door dat Corona ook goede dingen heeft gebracht. Mensen worden inderdaad socialer, soms ook creatiever. Ik ben voor het eerst in mijn leven bijvoorbeeld weer achter de piano gaan zitten. Terwijl ik altijd had gezegd, het oude barrel in mijn woonkamer nooit meer te zullen aanraken. Gek eigenlijk. Het is vast de ‘blues in me’: er komen zowaar mooie melodieën uitrollen. Maar om wat te posten of facebook, gaat me iets te ver. Ik denk dat ik daar nog niet goed genoeg voor ben.
Als het zes uur, ga ik eten. Ik dek de tafel, niet voor één, maar voor twee. Want mijn imaginaire vriend zit er ook. Ik ben niet gek hoor. Maar ik zet al jaren de foto van mijn vader aan de andere kant van de tafel. Het is dan net of hij even bij mij is. Vaak praat ik tegen hem aan. Over soms hele onbenullige dingen. Bijna net zo lekker, als die stampot die jij altijd maakte he, pa ? Soms heb ik het over mijn exen, soms over het weer. Mijn vader was een topvent. Hij heeft me geleerd wat belangrijk is in het leven. Wees goed voor de mensen om je heen, wees goed voor de mensen die van je houden en waar jij van houdt. Helaas heb ik nu niet zoveel mensen om me heen. Maar ik bel ze regelmatig. Of ik stuur ze een kaartje of een bloemetje. Ik verwacht er niets voor terug. Mijn vader was een boom van een vent. Hij had de kracht van 10 paarden. Maar van die grote kerel, bleef niets over toen hij geveld werd door botkanker. Op de foto is hij nog niet ziek. Die foto werd gemaakt door mijn moeder, en zijn ogen stralen van liefde voor haar. Helaas zijn ze er allebei niet meer. Misschien zijn ze samen aan het pimpampetten in de hemel. Dat deden ze graag samen, toen ze ouder werden. Meestal won mijn moeder. Mijn vader kon nooit zo goed tegen zijn verlies. Nog iets dat hij mij leerde. Geef nooit op.
Laat op de avond, besluit ik een blokje om te lopen. Zo hou ik mezelf toch nog een beetje fit. Want door Corona ben ik maar liefst 10 kilo aangekomen. Normaal ging ik bijvoorbeeld altijd op de fiets naar mijn werk, en ging ik iedere week naar de sportschool. Nou, dat zit er ook niet meer in. Maar van veel vrienden hoor ik dat zij hetzelfde probleem ondervinden. Terwijl ik langs de huizen loop, kijk ik naar binnen. Het is fijn om mensen samen te zien. Het geef me een klein beetje het gevoel dat ik er bij ben. De open haard aan, de televisie aan. Eén huis heeft zelfs al de kerstverlichting aangesloten. Beetje vroeg denk ik bij mezelf. Toch vermoed ik, dat mensen dit jaar gewoon snel achter zich willen laten. We willen allemaal door naar een nieuw jaar zonder Corona waarin we nieuwe waarden, sociaal menselijke waarden, meenemen, en wellicht iets van onze decadente levensstijlen opgeven. Toch heb ik ergens het vermoeden, dat alles weer wordt hoe het hiervoor was. En misschien is dat niet erg. Wie weet dat we deze tijd, dan nog eens gaan missen. Een tijd waarin we meer rekening hielden met elkaar. Met elkaars veiligheid, met dingen die we belangrijk vinden, niet alleen voor onszelf maar voor elkaar.
De coronadip van Jan is exemplarisch voor wat velen op dit moment voelen. De psychologische klap die het coronavirus bij mensen aanricht, is gigantisch, getuigen ook de cijfers en statistieken. Door de nieuwe lockdown voelen velen zich neerslachtiger dan ze zich in lange tijd hebben gevoeld. Ook omdat de corona veel langer duurt, dan waar veel mensen op hadden gerekend, neemt de moedeloosheid alleen maar toe. Mensen zijn angstiger geworden, somberder en hebben meer last van slaapproblemen.
Uit de eerste (internationale) studies (Paretti-Watel, 2020) blijkt dat tijdens de eerste lockdown het aantal gerapporteerde slaapproblemen van 50 naar 74 % is gestegen en het aantal gerapporteerde depressiviteitsklachten van 7 naar maar liefst 23 %. Daarvan blijkt de impact op relatief jongeren (tot 45 jaar) het grootst. Dit komt hoogst waarschijnlijk door de invloed van social media, die o.a. een heel somber beeld van hun economische toekomst schetst.
Voorlopig wordt natuurlijk vooral gekeken naar de medische gevolgen van het coronavirus, maar juist daarom is te verwachten dat de allesverwoestende gevolgen van het coronavirus voor de menselijke psyche en de economische situatie nog jarenlang aanwezig zullen blijven.
Des te schokkender is het, dat er vooralsnog nog steeds geen richtlijnen zijn ontwikkeld, om al die traumatische effecten te voorkomen. Hoe bestaat het dat de focus vooral op het medische gebied ligt, terwijl mensen onder grote psychologische spanning gebukt gaan ? Dat moet veranderen.
Sorry Jan, ik wens je veel sterkte. Blijf gezond, óók mentaal. Flikker je laptop en telefoon aan de kant, en blijf vooral dingen doen (waaronder daten) die je geluk geven, voor zover dat veilig kan.
Kom naar theatershow “Dichterbij”. De magische productie over de liefde die met niets te vergelijken is.
Jij wilt dolgraag die diepe verbondenheid voelen met je geliefde. Elkaar écht begrijpen. Liefdevol communiceren. Gewoon plezier hebben met elkaar.
Welkom bij ‘Dichterbij’. De veelgeprezen theatershow die al tienduizenden (!) stellen én singles heeft geholpen aan die mooie relatie. Waar psychologen en theatermakers 6 jaar aan hebben gewerkt. Zodat jij als nooit tevoren ervaart hoe je de liefde krijgt waarnaar je verlangt. Tijdens een prachtige avond uit in het theater.
Herkenbaar, hilarisch en ontroerend… Een frisse wind door theaterland. Met wie ga jij?
Wil je vaker relatietips ontvangen? Kom erbij!